365 Dagen Tao

211 - Absoluut

Volgelingen van Tao zijn van mening dat er geen bewijs voor bestaat dat onze wereld door een God is geschapen. Ze hebben geen enkel empirisch bewijs gevonden en ze kunnen het idee op filosofische gronden niet accepteren. Ze stellen dat God absoluut moet zijn en dat betekent eenheid, almacht, alwetendheid en alomtegenwoordigheid. Natuurlijk beantwoordt iets dat gescheiden en afzonderlijk is niet aan deze criteria. Als er een God zou zijn en een wereld door God geschapen, zouden er twee dingen zijn – en God zou dan niet als absoluut kunnen worden beschouwd. Als er een absolute God zou zijn, zou er niets gescheiden van God kunnen zijn.

Alles is God. Wij zijn ook God. Alleen beseffen we dat niet. Waarom niet? Omdat we God buiten onszelf zoeken. We begaan de vergissing dat we onszelf als de waarnemer zien en God als het onderwerp van onze waarnemingen. Helaas wordt alles wat we waarnemen bezoedeld door onze subjectiviteit en alles wat we omschrijven als God 'buiten ons' kan God niet zijn, omdat het niet absoluut is. Je hebt alleen maar iets gevonden dat bestaat in relatie tot je waarnemingen.

Jij bent God. De enige manier waarop je dit kunt bevestigen, is door de barrière van subjectiviteit weg te nemen die je weerhoudt van het besef dat je wezenlijk één bent met alle dingen.